Verkeersagressie
Ik was op weg naar een afspraak. Rustig, genietend van een stralende lentedag en ook wat rondkijkend, want ik reed in een buurt die mij niet bekend was. Naar goede gewoonte volgde ik trouw mijn GPS doorheen de slingerende weggetjes, want een feilloos oriënteringsvermogen behoort niet tot mijn vele sterktes. Desondanks weerhoudt me dat niet om overal in het Vlaamse land te geraken en dan meestal nog ruim op tijd ook, want voor mijn stiptheid word ik dan wel weer geroemd.
Volgens mijn Hollands sprekende gids moest ik het straatje rechts in en was de eindbestemming vervolgens bereikt. Ik twijfelde echter tussen twee straatjes, of misschien was ik een beetje verstrooid. Ook daar sta ik voor bekend. Het was nu eenmaal een schitterende dag en het leven was mooi. Maar geen nood, ik navigeerde gewoon even verder en wou links een weg in rijden om vervolgens rechtsomkeer te maken. Een van mijn welbeproefde strategieën.
Op het moment dat ik echter aanstalten maakte om die weg in te draaien zag ik in mijn achteruitkijkspiegel plots een wagen naar het linker baanvak scheren om de auto achter mij in te halen. Een knalrode sportkar, die schuin voor me tot stilstand kwam en me de doorgang versperde. De chauffeur keek me woedend aan en zwaaide wild met zijn armen. Ik wist niet wat me overkwam, maar op de een of andere manier voelde ik me niet boos of bang. Eerder verwonderd, niet begrijpend waarom die mijnheer in godsnaam zo’n spel maakte. OK, misschien had ik wat getreuzeld en ging het allemaal niet snel genoeg voor deze Johnny, maar meer kon dat toch niet geweest zijn? Ik bleef rustig en vriendelijk glimlachen en deed de man teken dat hij kon doorrijden. Nu was het precies zijn beurt om verwonderd te reageren, zijn woeste ogen rolden haast uit zijn oogkassen. Niet meteen de reactie waar ik op gehoopt had. Maar het leven heeft me geleerd dat je soms wat geduld moet oefenen, het heerschap zag er ook zo verdomd opgefokt uit. Nog even volhouden dus en blijven geloven in love and peace, zelfs al deed die gast zijn gordel los en maakte hij aanstalten om uit te stappen. Tijd om een strategische versnelling hoger te schakelen... Ik toverde met mijn meest vriendelijke mimiek een smiley tevoorschijn en gaf met een sierlijke handbeweging nog maar eens aan dat hij gerust kon doorrijden. De arme man wist niet meer waar hij het had. Opnieuw nam ik de tijd om mijn strategie te laten bezinken. Ik denk dat mijn ‘vind ik leuk’ duimpje uiteindelijk de doorslag heeft gegeven. Zijn blik bleef louche en furieus, maar hij spoorde zijn rode ros uiteindelijk toch aan om verder te rijden. Ik heb toen ook mijn rode Clio gestart om wat verderop rechtsomkeer te maken, opgelucht dat ik het er zo goed had van afgebracht. Tot ik in mijn spiegel die kerel ineens achteruit zag rijden. Een laatste poging om dat wicht in haar karretje nog wat schrik op het lijf te jagen en te laten zien wie de baas is? Ik moet toegeven dat ik dan – maar eigenlijk pas dan – even die angstprikkel voelde. Maar toen ik daarna het enige echte juiste straatje in reed, was er geen spoor meer te bekennen van mijn op geweld beluste belager.
Ik was op tijd op mijn afspraak en werd ontvangen door hele lieve mensen die bij een kop koffie luisterden naar mijn verhaal. Terwijl dat normaal gezien net mijn job is.
Op de terugweg overviel me een gevoel van blijheid en ook van fierheid omdat ik het incident zo rustig had aangepakt, positief denkend en handelend. Toch schrok ik toen een BMW me iets te snel naderde, terwijl er eigenlijk niets aan de hand was. En de vragen bleven nog een paar dagen in mijn hoofd spoken. Wat als het anders had gelopen? Waarom toch die agressie?